Op verschillende plaatsen in de Schelde meten sensoren continu de temperatuur, het zuurstofgehalte en het zoutgehalte. Zo krijgen wetenschappers een goed beeld van de toestand van het Schelde-estuarium. Kijk jij over hun schouder mee?
Temperatuur, zuurstofgehalte en zoutgehalte: het zijn drie belangrijke parameters om de waterkwaliteit van de Schelde te beoordelen. In de buurt van de Sparc-gebieden kan je die drie parameters nu ‘in real time’ raadplegen op onze website: van de Prosperpolder aan de Nederlandse grens tot in Melle bij Gent. De gegevens worden elke twee uur geactualiseerd.
Klik je verder, dan kan je de actuele waarden vergelijken met de maandgemiddelden. Hoe warm is het water gewoonlijk in deze maand? Bevat het water minder zuurstof of meer zout dan gemiddeld? Zo kan je zelf in de gaten houden hoe gezond de Schelde is.
De longen van de Schelde
De waterkwaliteit in de Schelde staat onder druk. En dat heeft gevolgen voor het leven in en rond de rivier. Het Sigmaplan – een project van de Vlaamse overheid – en het Europese project LIFE Sparc nemen maatregelen om het tij te keren.
Zo investeren we in slikken en schorren, het schoolvoorbeeld van getijdennatuur. Ze vormen als het ware de longen en nieren van een rivier. Ze filteren het teveel aan stikstof en fosfor uit het water en verrijken het met zuurstof. Het resultaat zie je nu al: steeds meer planten, vissen en waterdieren vinden opnieuw de weg naar de Schelde.
Zoet water vasthouden
Ook het zoutgehalte sturen we bij. Waarom dat nodig is? In het Schelde-estuarium mengen zoet rivierwater en zout zeewater zich met elkaar, op het ritme van de getijden. Omdat we de Schelde in het verleden hebben rechtgetrokken, dijken hebben opgetrokken en binnendijkse gebieden hebben verhard, wordt het zoete water steeds sneller afgevoerd bij eb. Bij vloed dringt het getij dan weer verder landinwaarts door. Ook langdurige droogteperiodes en de zeespiegelstijging laten het getij verder landinwaarts doordringen, waardoor het zoute water steeds meer stroomopwaarts komt. Dat wil nog niet automatisch zeggen dat de zoutindringing is toegenomen. Wat wel vaststaat: een verstoord zoutgehalte is nefast voor fauna en flora. De hoeveelheid zout water heeft bijvoorbeeld een invloed op de manier waarop waterplanten en -dieren zware metalen en andere chemische stoffen opnemen.
Daarom nemen we maatregelen om de afvoer van zoet water te vertragen. Dat doen we door de rivier weer ruimte te geven om te stromen in combinatie met de ontwikkeling van getijdennatuur, en door wetlands aan te leggen. Die houden het zoete water langer vast.
Blijf je graag op de hoogte over LIFE Sparc?
Schrijf je dan in voor onze halfjaarlijkse nieuwsflash.
Copyright foto: Yves Adams (Vilda)